Trondheim – Oslo 2006
Een tijd lang heeft de onderneming Trondheim – Oslo als apart item op de site gestaan. Alle gegevens staan nu gebundeld in het Archief. Hierbij is het eerste dat u leest het jongst qua historie.
Ruud en Bart bij RTV Noord Te gast in de mediacentrale
Vandaag, zondag 16-7-06, waren Ruud en Bart te gast bij RTV Noord presentator Henk Kok. Samen met de gasten Klaas Drewel en Gerry Takens en de ‘side kick’ Dick Heuvelman werden tal van items besproken, waaronder de TdF, Toer ’80 en het hoofdmotto Trondheim – Oslo. De mediacentrale was voor beiden het eerste bezoek aldaar. Imponerend het gebouw!
HET VERSLAG Door Bart Kruizinga Beste lezers, Onderstaand ons verslag van deelname aan de Den Store Styrkeproven 2006. Veel leesplezier toegewenst.
Den Store Styrkeprøven, onze ‘Grote Krachtproef, 547 km van Trondheim naar Oslo’ Gegevens vooraf
Opgegeven afstand 540 km, gereden 547 km.
Hoogteverschil 4100 m.
Gestart om 08.45 uur, gefinisht ca 05.00 uur.
Totale tijd 20.15 uur; netto fietstijd 18.45 uur, korte pauzes 1.30 uur. Gemiddelde fietssnelheid 29.173 km/u.
Het wordt dan toch nog veel te vroeg zaterdag 24 juni 2006. De dag des oordeels zou je het kunnen noemen maar toch vooral de dag dat we ons van onze maagdelijkheid voor een superlange cyclosportief moeten ontdoen. Wie zijn we? Onderstaand de belangrijkste gegevens nog eens op een rij.
Bert Beertema Bakker, woonachtig in Scheemda. Vaak sprekend over zijn Bianca en dochter Emma. Tempobeul, niet van origine maar bijgeleerd. Rasoptimist die best een biertje lust. Superknecht tijdens de tocht! Lid van Toer ’80.
Marcel Dieterman Vriend van Bert die elkaar ‘neef noemen’. Explosief qua spieropbouw en in principe minder geschikt voor de echte lange afstanden. Oersterke vader van drie kinderen. Getrouwd met Heika, eveneens afkomstig uit Scheemda en lid van Toer ’80.
Piet Snoep De derde Scheemder ‘im Bunde.’ Huisarts en ‘levensgenieter’. Sloot laat bij de groep aan maar was direct één van het team. Kan erg goed klimmen. Rustige man, lid van de Stormvogels. O ja, natuurlijk ook vader en echtgenoot en bovenal enthousiaste opa.
Ruud Hemmen Doorbijter. Nooit zeuren maar altijd ‘gevend’. Rustig in de groep, nooit te beroerd iets voor een ander te willen doen. Je ziet hem soms lijden op de fiets, maar hij gaat altijd door. Familievader en echtgenoot van Joke. Vooral in de voorbereiding het trainingsmaatje met wie ik talloze km’s heb weggetrapt. Lid van Toer ’80.
Bart Kruizinga Dat ben ik zelf dus. Steeds meer afhankelijk van mijn karakter. ‘Aanwezig’ in de groep. Regelneef en deskundig voetbalcommentator (de mensen weten wat ik bedoel). Pa, echtgenoot en sportman, zowel actief als passief in hart en nieren. Lid van Toer ’80.
Het begeleidingsteam Joke, Gea en Sienus. Allen met een eigen inbreng in het team. Vooral zorgzaam en ‘niet zeurend’ . Opbeurend praatje hier en daar.
Inschrijving
Ik neem u nog even mee terug naar de dag van de inschrijving, vrijdag 23-6-2006. In Trondheim is het een drukte van belang. In een groot hotel kunnen we de startnummers halen. Natuurlijk veel fietsstands met daarbij de mogelijkheid toch nog wat nuttige zaken te scoren. De onvermijdelijke herinneringshirts nemen we mee en we steken Sienus als captain van het begeleidingsteam in een Styrkeproven sweater. Ook nog even wat gesprekjes hier en daar. Er zijn bijna 40 landgenoten actief tijdens deze tocht, waarvan het merendeel uit Groningen actief is. We spreken nog met een Sappemeerster die hoopt binnen de 24 uur binnen te komen. Na nog een kleine site – seeing wordt het tijd met de bus terug naar de camping te gaan en ons te gaan voorbereiden. Om 21.00 uur lopen we nog even naar het viaduct boven de E6. De eerste renners komen al langs. Zij kiezen ervoor erg lang te fietsen en hier en daar te slapen. De spanning neemt toe…….
Opstaan
Tot zover eerst de bijzonderheden. ’s Ochtends staan we tegen 06.30 uur op. De start is om 08.45 uur en we moeten nog met de fiets zo’n 14 km naar de start. In de trekkershut is het een drukte van belang. Gisteravond hebben we de fietsen gereed gemaakt. Ik zie ze al buiten staan. Snel gaan we aan tafel om in alle rust zo’n twee uur voor de start nog het nodige te eten. Dan wordt het overleggen wat we ‘aan moeten doen.’ Het is inmiddels wel al duidelijk dat onze begeleiders op de hele route dicht bij ons kunnen zijn. Dat maakt het wat gemakkelijker omdat we dan de keuzes nog snel kunnen aanpassen. Er word bijna unaniem gekozen om ons warm aan te kleden, hetgeen natuurlijk niet geldt voor de onvermijdelijke korte broek van Ruud. Maar goed, die heeft bij +1°C al blote benen. De weersvoorspellingen voor deze dag waren niet zo ongunstig. Een kleine kans op wat regen vanuit het Westen, maar wel een bij tijd en wijle harde Zuidenwind. En wij moesten dus naar het Zuiden. Terwijl we ons gaan prepareren voor het vertrek schieten er nog een aantal zaken door mijn hoofd.
Overdenkingen
Waarom doen mensen mallotige dingen. Als ik naar mezelf kijk heb ik al de nodige bijzondere dingen gedaan. Drie keer de Elfstedentocht geschaatst (85,86,97), twee keer La Marmotte (eenmaal niet uitgereden), elf maal een monstertocht voor een goed doel door Europa, de ATB beachrace Scheveningen – Den Helder, een halve triatlon, het lopen van de marathon, het beklimmen van diverse cols door Europa, waarom dan nog deze mallotige onderneming. Moet ik me nog bewijzen of zo, maar voor wie dan wel? Natuurlijk zoeken mensen naar doelen in een leven. Een doelloos leven is een leeg leven, mijns inziens tenminste. Maar ik heb voor deze onderneming toch wel de nodige twijfel. Allereerst de fysieke conditie dat nu optimaal zou moeten zijn maar het niet is. Dan al het klimwerk. Het is wel niet zo’n ingewikkelde route, maar met die lengte erbij gaat het toch wel tussen de oren zitten. Ben ik wel voldoende gemotiveerd vroeg ik mij zo af. Het psychologische proces bij mensen is één van de grote mysteries. Waar ben je dan bang voor. Met 6500 km aan voorbereiding zat er gewoon niet meer in. En dus moet het voldoende zijn voor uitrijden. Uitrijden kan in diverse variaties. Hier en daar wat langer rusten als het niet gaat. Waarom zou dat niet mogen c.q. kunnen. En dus besluit ik het te nemen zoals het komt. Maar wel met die ultieme wens de tocht uit te rijden. Wat er ook gebeurt!
Naar de start
Dan op de fiets. Een laatste afscheid van de begeleiders en dan draaien we de E6 op. De E6. Bert zei het al. Deze weg zal altijd in ons geheugen gegrift staan. Op de weg naar de start komen we deelnemers tegen. Gelukkig gaat het naar beneden. Bij de grootste kathedraal van Noorwegen is het een drukte van belang. De sfeer is er één van opluchting. Gekooide tijgers die allemaal los mogen. We treffen daar de uit Noord Groningen afkomstige Eduard (Eddy) Groenhagen. Hij is 60+ en rijdt volgens eigen zeggen zijn (!) 20e Trondheim – Oslo vandaag. Gekleed in de kleding van de Heiploeg garnalen gaat hij iets eerder van start dan ons. Na de gebruikelijk foto’s sluiten we aan in ons startvak en worden we losgelaten. Direct na de start klimt het al en dat zal het naar mijn gevoel bijna de hele dag doen. Dan zie ik het eerst bordje: Oslo nog 538 km. Waar ben ik aan begonnen. Vanaf de start sluiten we steeds bij groepjes aan. We hadden het nog zo afgesproken; op reserve rijden! Natuurlijk kom je dan in zo’n lekker groepje (pulje in het Noors) te rijden, maar het gaat volgens mij wel erg pittig. Maar goed, de conditie lijkt nog goed, mede dankzij een aantal paardenmiddelen van onze huisarts. De hatelijke 5 in de kilometerstand verdween al spoedig en het bleek telkens moraal te geven als je weer 100 km had weggetrapt, met name toen het getal op een gegeven moment 98 aangaf. Maar daar waren we nu nog lang niet.
Eerste gedeelte naar het Dovre Fjell
Al vrij vlot zien we onze camper. Samen met hier en daar Noorse en andere Europeanen die maar Heya Heya blijven roepen een mooie moraalbuster. Steeds verder gaat het via de vals platte wegen omhoog. Doel is het Dovre Fjell, een hoogvlakte op ca 1000 meter hoogte. We zitten in een groep waar een echte wegkapitein is aangesteld. Als we mee willen draaien in het circus willen ze ons uitleggen hoe je een waaier moet rijden. Ons, de mannen van de polder, daar waar het waaierrijden is uitgevonden. Dit leidt onherroepelijk tot een kleine aanvaring en achter het zootje ongeregeld blijven we dan maar uit de wind meerijden. Bij de eerste verzorgingspost in Driva is het zaak al goed wat voedsel tot je te nemen. Je verbrandt toch snel tussen de 15.000 en 22.000 kcal, al naar gelang je gestel. Onderstaand heb ik aangegeven wat ik zoal heb verbruikt tijdens deze tocht (zie daarvoor de onderzijde van dit verslag). Ik merk dat ik bij een iets zwaardere inspanning al vrij snel inde rooie zone terechtkom. Mijn reactie is er één onophoudelijk hoesten en een gebrek aan lucht. Tijdens een korte pauze krijg ik nog wat medicijnen en dit, gekoppeld aan een rustig tempo, houdt me er vrij lang bij. Na zo’n 120 km krijgen we een vrij lange klim van zo’n 55 km door het Drivdal. Steeds op en neer waarbij we steeds hoger komen. Ik merk dat ik de anderen niet kan volgen. De macht ontbreekt gewoon. Onverstoorbaar gaan de anderen door. Bert laat zich even zakken. Als ik weer bij de groep ben gaat het gezamenlijk verder omhoog. We bereiken na ca. 165 km Hjerkinn en het blijkt koud te zijn op de hoogvlakte met hier en daar wat regen en een stormachtige wind dat tegen staat. We zitten nog steeds in een groep en rijden bij tijd en wijle maar 20 – 25 km/u. Het uitzicht vanaf de hoogvlakte op de besneeuwde toppen van de bergen rondom ons is adembenemend. Zwijgend nemen we dit moois in ons op om na 185 km in een snelle afdaling het eerste grote verzorgingspunt te bereiken. Hier worden we verzorgd door onze begeleiders. We nemen er even de tijd voor en deze en gene trekt wat warmere en schone kleding aan.
Nog maar 365 km te gaan
Tijd en afstand verdwijnen als realiteit van onze harde schijf deze dag. Gefixeerd op het volbrengen van deze grote krachtproef waan je je in een rondtrekkend circus met maar één doel; doorgaan en nog eens doorgaan. Na deze pauze komen we even een tijdlang alleen te fietsen. Dan pas merken we de sterke tegenwind. Het is dus zaak om weer een ‘pulje’ te vinden waarin we in de buik van de groep redelijk behoudend mee kunnen liften. Met name Bert zet even aan en na een tijdje bereiken we zo’n groep. Het landschap is ook hier bijzonder mooi. Prachtige vergezichten met nog steeds die vervloekte E6. Het bordje wisselt weer en de afstand komt beneden de 300. We zijn vlak bij Lillehammer, de plaats van de Olympische Spelen van 1994. De avond valt en de temperaturen vallen nog mee. Het is ruim 14 graden en veel kouder wordt het in elk geval tijdens de avond niet. We rijden in een groep met fietsers uit Oslo. Hun ‘Sykkelteam’ rijdt in drie groepen. Ik maak wat contacten in de groep en het blijkt dat ze in Noorwegen korte wegseizoenen kennen. Door de langere winters kunnen ze pas eind april de weg p, ongeveer tot half september. Met name door spinning, langlaufen en skiën weet men zich fit te houden. Zij zijn groep drie en koersen op een eindtijd van 18 uur aan. Als ik de samenstelling zie en het tempo gaan ze dat nooit halen. Wij komen Lillehammer binnen en komen bij een zoveelste verzorgingspost. Overigens kunnen we daar naar hartelust drinken (sportdrank en ranja’s) tappen, koffie drinken, broodjes eten, bananen scoren etc. Hulde wat dat betreft voor de organisatie. Maar dat mag ook wel voor die 180 euro inschrijfgeld (een leuke Hollandse benadering, of niet dan). Overigens liggen we keurig op schema. De helft gehaald in 9 uur, dat biedt perspectief voor ons doel, die 20 uur grens te benaderen. Overigens is dat een totaaltijd dat met inbegrip van de 4600 hoogtemeters een gemiddelde van 27,5 km/u zou betekenen. Inmiddels zitten we nog steeds rond de 31 km/u als fietsgemiddelde. Erg hoog, maar goed, we zijn dan ook goed getraind.
Na Lillehammer, de inspanningen beginnen tol te eisen
Maar even weer terug naar de groep. Hoe zitten we erbij. Welnu onze Bert blijkt veruit de sterkste te zijn. Hij blijft praten en geintjes maken en houdt ons als het moet lang uit de wind. Piet rijdt eveneens een sterke koers. Nu het na Lillehammer (al 365 km gehad) steeds zwaarder wordt met klimmen doet hij uitstekend zijn werk. Ruud hoor je niet. Hij klampt aan en rijdt als het moet op kop. Marcel oogt nog redelijk fris, maar Bert heeft mij al gewaarschuwd dat ook Marcel het zwaarder krijgt. Ik blijf hoesten bij zware inspanningen en moet echt op karakter doorgaan. Tot zover het personele gedeelte. Het parcours wordt dus steeds zwaarder. We rijden stukken over de oude E6 en hebben geen groep meer om ons in te bevinden. Wel pikken we hier en daar renners op en zowaar krijgen we zelf weer een groepje. Er wordt kop over kop erg hard gereden. Af en toe kan ik nog meedoen maar meer en meer sluit ik achteraan. Inmiddels zitten we diep in de avond en is het Mjøsa meer naast ons opgedoken. Het grootste meer van Noorwegen blijft ons begeleiden tot bijna aan Oslo toe. Na middernacht komen we langs Hamar. Het Vikingschip duikt rechts op in een schemerachtige omgeving. De 400 km grens is dan gehaald. De verlichting is dan aan en we zitten in een schemerdonkere omgeving. Hier en daar razen auto’s ons voorbij, maar veelal zijn het toch de begeleidingsauto’s van de diverse teams. We fietsen al geruime tijd met een aantal landgenoten uit West – Brabant. Zij rijden de tocht voor de tweede maal en weten dus nog wat ons te wachten staat. Na de zoveelste pauze rijden we met ons vijven. Hier en daar pikken we een verdwaalde fietser op, maar die is even zo snel weer verdwenen. We hebben nog steeds een uitstekend tempo. Het wordt stil in ons pelotonnetje. Het doet Bert opmerken dat het toch wel bijzonder is dat met name ik mijn mondje niet meer roer. Dat is niet vreemd. Ik heb inmiddels zwarte sneeuw gezien en het tempo ligt voor mij gewoon te hoog. Ook Ruud hoor je niet. Zwijgend maalt hij de pedalen rond. Wat is het een zwaar stuk vanaf Lillehammer. In mijn beleving zou het na het Dovre Fjell toch vooral gemakkelijker moeten zijn. Maar die lange uren op de fiets eisen toch echt zijn tol. Op het diepste punt van mijn martelgang zie ik het bordje met Oslo, 98 km. Nog nimmer heb ik zo lang gefietst en het gevoel moet haast wel collectief zijn dat we nu echt kunnen aftellen. Het plichtmatig rondtrappen van de pedalen gaat maar door en door.
De laatste 100 km
We rijden nog steeds met z’n vijven. Piet en Bert doen zeer lange afwisselingen en met name Bert is vocaal sterk aanwezig en degene die ons moed inspreekt. Ook het begeleidingsteam staat hier en daar langs de weg ons moed te geven. Dan gebeurt het met Marcel. Zijn benen willen niet meer. De pijn in de knieën is bijna ondraaglijk. Nog een dikke 70 km te gaan en hij zit er helemaal doorheen. Dat is mijn redding. Ik kan ook in tempo naar beneden dan en heb ineens ‘over’. Onvoorstelbaar maar ik ben Marcel enigszins dankbaar voor zijn inzinking. Het komt dan op kameraadschap aan want ook hij zal en moet de finish halen. Bergop rijden we erg langzaam en Marcel worstelt zich naar boven. Elke extra trap doet pijn en we stoppen dan nog eenmaal bij de laatste verzorgingspost. Joke masseert de laatste pijntjes nog even weg, maar het is maar voor even. Het lijkt wel of er geen eind aankomt en we zijn op onze eigen tacho’s aangewezen. Noren plaatsen nu eenmaal geen bordjes met kilometrages te gaan. Hier blijkt dat het gebrek aan parcourskennis ons bijna opbreekt. In mijn optiek zouden we nog één lange klim krijgen, maar dat worden er zo vlak voor Oslo nog twee. We worden op een gegeven moment naar een vierbaansweg geleid, u raadt het al, de E6. Zo’n 4 ½ km gaat het hier nog fors omhoog en moeten de laatste krachten worden aangesproken. Met een dikke 520 km op de klok is één ding wel al duidelijk; we gaan het halen! De camper verlaat ons om ons op te wachten bij de finish. Wij hebben nog een lang stuk te gaan door de saaie buitenwijken met veel industriegebied van Oslo. Als we de finish dan in zicht hebben zijn we blij door de boog met ‘Mal’ hebben bereikt. Uitgeput maar met een sterk gevoel van trots staan we voorbij de meet. 547 km fietsen, het is gehaald!
Naweeën
Na de finish gaan we op zoek naar ons hotel. Gea en ik moeten eerst nog in de camper slapen omdat er nog een kamer eerst om 12.00 uur wordt opgeleverd. Mijn schouderpartij doet zoveel pijn dat ik op geen enkele manier een goed ‘lig’ kan vinden. Ook de anderen ondervinden hinder van de inspanningen. Het varieert van stijfheid in de spieren tot ernstige pijn aan de knieën (Marcel). Het is ook niet zo vreemd. Deze onmenselijke inspanningen maken het lichaam ziek. Het komt nu op het herstelvermogen aan om te bezien hoe snel we ’er weer staan’. Zo komt er een eind aan vier jaar voorpret en voorbereiding voor een uniek moment in ons leven en denken we al b.v. aan Parijs – Roubaix het volgend jaar.
Nawoord van de deelnemers en begeleiders
Bert
Het was een onvergetelijk evenement. Maar ‘ain moal en nait weer’. Ik heb er zeer veel tijd in geïnvesteerd en ik moet zeggen dat het uiteindelijk elke minuut waard is geweest. Een zeer zwaar evenement dat een onvergetelijke indruk op mij heeft gemaakt.
Marcel
Ik wist van te voren dat het erg zwaar zou worden. Ik ben in de laatste 75 km helemaal kapot gegaan. De pijn aan met name mijn knieën was bijna ondraaglijk. Ik moet mijn fietsmakkers bedanken dat ze me er doorheen hebben gesleept. Een fantastisch ervaring voor mezelf en de anderen. Ik ben er trots op dit volbracht te hebben.
Ruud
Bijzonder, heel erg bijzonder. We hebben het er vaak over gehad in de voorbereiding en dan sta je er toch nog vrij vlot voor. Ik moet zeggen dat ook ik mijn zware momenten wel heb gehad maar dat ik er goed doorheen ben gekomen. Ook voor mij eens maar niet weer. Deze bijzondere tocht draag ik nu met mij mee. Erg blij dat ik het heb gedaan.
Piet
Allereerst wil ik de mensen die dit georganiseerd hebben bedanken dat ik op een zo late termijn nog kon meedoen. Ik heb erg genoten van deze tocht en alles er omheen. Dat ik er zo goed doorheen ben gekomen is een meevaller. Het heeft een grote indruk op mij gemaakt en het is toch wel een ervaring voor het leven.
Joke
Ik moet zeggen dat ik het een mallotige onderneming vond. Wie gaat er nou zo’n end fietsen. Mijn waardering is erg groot voor de jongens dat ze het hem geflikt hebben. Maar ook voor ons als begeleiders was het een zware en lange zit. Het ging toch nog vrij snel voorbij moet ik zeggen. Steeds de fietsers volgen viel niet mee in de drukte. Maar goed gedaan jongens!
Gea
Ja, wat moet ik er op zeggen. Fantastisch dat je het zo’n eind kunt volhouden op de fiets. De sfeer in de groep was goed, ook in de ‘volgerscamper’. Het ging vrij snel voorbij trouwens. Als ik het zo kan inschatten was het ook qua parcours niet gemakkelijk. We kunnen trots zijn op deze jongens dat ze zo’n zware inspanning hebben kunnen doen.
Sienus
We zijn erg lang onderweg geweest m.i. Het had naderhand bekeken ook gerust twee dagen korter gekund. Ik ga al zo’n kleine 25 jaar mee als begeleider van fietstochten maar dit was wel een heel bijzondere, zoniet de meest bijzondere / bizarre die ik als volger heb meegemaakt. Als ik het zo kan inschatten dan was het parcours vrij zwaar, de afstand natuurlijk erg lang en heb ik de renners langzamerhand kapot zien gaan. Het valt me toch altijd weer mee hoe snel ze er weer van herstellen trouwens. Nee, niets meer dan mijn petje zeer diep af voor deze prestatie.
Bart
Allereerst wil ik namens ons als renners de dank uitspreken naar ons begeleidingsteam. Goed dat jullie ons zo goed verzorgd hebben en al die uren bij ons in de buurt zijn geweest. Voor wat betreft het volbrengen van de tocht had ik grote twijfels. Maar het blijkt maar weer dat grenzen te verleggen zijn. Grote waardering naar Bert, Piet en Ruud die ons er in moeilijke momenten doorheen hebben gesleept. Eens maar nooit weer is mijn eerste reactie, maar zeg nooit, nooit. Het is een mooi evenement om bij te schrijven op onze sport – CV. En dat allemaal voor ‘de napraat’.
Wat heb ik zoal gegeten
Avond van te voren
– bord pasta
– 5 pannenkoeken met stroop
– 2 bruine broodjes met beleg
– 2 bekers melk
– 2 koppen koffie
’s Ochtends, twee uur voor de start
– 5 pannenkoeken met jam
– 2 bruine broodjes met beleg
– twee bekers melk
– kop thee
– kop koffie
– flesje sportdrank
Vlak voor de start
– 1 reep Snickers Onderweg
– 5 bidons met sportdrank, 08l
– 4 bidons met ranja, 0,8l
– 2 pannenkoeken met suiker
– 3 repen Isostar (sportreep)
– 250 g wine gums
– 8 repen Snickers
– 2 repen Mars
– 4 grote stroopwafels
– bord pasta
– warme worst
– 4 bekers bouillon
– 3 koppen koffie
– 3 ½ l flesjes cola
– 6 broodjes met beleg
– 2 kopjes soep
– 3 bananen
– 5 zouttabletten
Dankbetuiging
De groep wil iedereen bedanken die ons op een of andere manier heeft gesteund voor, tijdens of na de tocht. Talrijk waren reacties uit familiaire kring, kennissen, (fiets)vrienden. Het heeft ons goed gedaan te weten dat er zoveel mensen hebben meegeleefd. Tevens was het een stimulans om tot (voorbij) het gaatje te gaan de tocht te volbrengen. Speciaal woord van dank aan slager Hemmen uit Onstwedde en de catering van Kardinge.
HET DAGBOEK Lees het laatste nieuws vanaf nu hier in het dagboek Beste lezers, Vanaf vandaag (12-6) zal ik proberen een dagboek bij te houden omtrent onze onderneming. Deze wordt dus steeds aangevuld. Dit houdt in dat u via het keuzemenu (balkje links op startpagina van onze site) Trondheim – Oslo naar het dagboek toe moet.
Het dagboek staat bij deze nog eenmaal in de tien laatste meldingen, daarna zult u echt actief moeten zoeken. Ik hoop dat we in Noorwegen hier en daar in een Internetcafé de zaak kunnen aanvullen, anders zal ik na de tocht het geheel compleet maken. Voor de link naar de website van het evenement klik hier Het weer in Noorwegen vindt u hier
Zondag 25-6-2006; Mensen, we zijn weer onder jullie – 15.34 uur
Vanuit het hotel in Oslo groeten we jullie in Bellingwolde. Gisteren een zware tocht gefietst onder redelijke weersomstandigheden. Het enige dat tegenzat was de Zuiden (!)wind. Iedereen had het op zijn eigen manier best zwaar en met name de laatste loodjes wogen zwaar. We zijn er fier op in een goede tijd de tocht te hebben afgelegd. Vandaag gaan we de stad nog even in om wat rond te kijken en te eten en dan gaan Piet, Marcel en Bert morgen met het vliegtuig naar huis en hopen wij dinsdag met de camper te arriveren. Van de tocht op zich zal ik een mooi verslag maken. We bedanken al die mensen die ons hebben gesteund de afgelopen dagen. Vooral die SMS-jes deden het goed. Mor nou eerst aan’t bier!!!!!!!!! Tot woensdagavond. Dan kunnen we wel weer vol aan de bak. Moi!
Zondag 25-06-2006; door Willem
Heren, alle vijf van harte gefeliciteerd, jullie hebben het gehaald. In een korte SMS meldde Ruud dat ze tegen vijf uur ‘s morgens de tocht hebben volbracht. Ook de begeleiders Sienus, Joke en Gea gefeliciteerd, zal ook wel niet zijn meegevallen. Lekker uitslapen, genieten en dan zien we jullie dinsdag terug. Uitslagen op de site van Trondheim Oslo
Zaterdag 24-06-2006 21.30 uur; door Willem
Mensen, zojuist contact gehad met Bart. Nog 180 km te gaan tot Oslo. Op dit moment fietst men in de buurt van Lillehammer. De tocht gaat redelijk tot goed. Er wordt regelmatig bij andere groepjes aangesloten waardoor ze iets onder hun eigen tempo fietsen. Alleen Bart heeft het af en toe wat moeilijk door zijn verkoudheid. De medicijnen van Piet doen echter wonderen, dus ‘dat gaat wel goed komen’. Men verwacht nog ongeveer zeven uur onderweg te zijn. Dit is inclusief enkele pauzes die variëren van vijf tot tien minuten. Het weer is redelijk. Alleen op de hoogvlakte was het regenachtig met een temperatuur van 6 graden. Heb hen namens alle volgers nog veel succes gewenst.
Donderdag, 22-6-2006 deel 2; de fjorden
Vanmorgen lekker relaxt. Zo tegen tienen met z’n allen in de camper voor een rondritje langs de fjorden. Boven Trondheim ontwikkelen heuvels en de immens vele waterpartijen een schilderachtige omgeving. Na de middag zijn we terug op de camping. Ruud, Bert en Marcel besluiten om nog even een stukje te gaan fietsen. Ik leg me nog even op één oor en als ik net wakker ben zijn de mannen ook weer terug. De dames zijn aan het lezen en Sienus dommelt wat in. Dan komt het bericht dat Piet bijna ter plaatse is. Hij had een rechtstreekse vlucht op Trondheim en is al vrij snel in de middag ter plaatse. Van hem krijg ik een medicijn dat mijn hoestklachten wat moet doen afnemen. Natuurlijk wil ook hij iets van het parcours weten en hij besluit om de benen nog even los te gaan maken. Overigens brengt hij naast de frisse kranten ook de weersvooruitzichten mee. Mwaa….. De anderen blijven ter plaatse om van het goede leven te genieten. Onvoorstelbaar trouwens welk een ‘omzetsnelheid’ de beide Scheemders aan de dag leggen.
Donderdag 22-06-2006 – per SMS doorgegeven; Piet arriveert
Het weer vandaag redelijk. Piet arriveert met een zeer voorspoedige vlucht. Hij heeft een rechtstreekse vlucht Schiphol – Trondheim gehad. De mannen hebben nog even gefietst terwijl ik in de camper wat slaap inhaal. Het duurt al erg lang naar ons gevoel dat we in Noorwegen zijn. Wat ons betreft kan het gaan beginnen. Nog twee nachtjes slapen en we doden de tijd met `roem` en `ik speel`.
Woensdag, 21-6-2006; even fietsen
Het hoesten e.d. wordt er niet beter op. Piet wordt gebeld. Hij komt morgen. Hij neemt nog een middeltje mee in de hoop dat het dan wat gemakkelijker zal zijn. We gaan ’s morgens even fietsen. De mannen weten van de busreis enigszins de route naar Trondheim. Het valt nog niet mee een fatsoenlijke fietsroute te krijgen. Fietspaden zijn slecht en de Noorse autobestuurders lijken het niet zo op te hebben met fietsers in het verkeer. Via ‘kruip door, sluip door’ komen we bij het nieuwe voetbalstadion van Rosenberg Trondheim. Bert weet via de achterkant en een openstaand hek in het stadion te geraken. Even later zijn we allemaal binnen en worden de foto’s gemaakt. Dan gaat het verder de stad in. Ook hier niet het idyllische maar eerder een verpauperd gedeelte. De binnenstad oogt wel gezellig. Vandaag is het een soort Koninklijke dag. De koning en zijn vrouw zullen hier dan ook zijn. Terug maar weer naar de camping. Hier blijkt ons dat het wel erg hard waait. We moeten er niet aan denken dat dit zaterdag zo zal zijn. “Wind zit tussen je oren” zegt Bert. Het zal, maar het zal dan wel een erg zware dobber worden lijkt mij. ’s Middags gaan de anderen naar Trondheim met de bus. Ik blijf achter en slaap een drie uur om bij te komen. Ook het toeristische uitstapje valt hen tegen. Het wordt tijd dat het zaterdag wordt. Dan hebben we een doel. O ja, het probleem met de overnachting van vrijdag op zaterdag is geregeld. We hebben een andere chalet. ’s Avonds Oranje. Laten we daar ook maar over zwijgen. Het is meer de avond van ’70 roem’ en ‘ik speel’.
Dinsdag 20-6-2006; Camping Sandmoen in Heimdal bij Trondheim
Op tijd vervolgen we onze reis. Het stuk E6 schiet nu minder op. De weg slingert zich door een mooi landschap en al na een tijdje zijn we in Hamar. Vanaf de weg zien we het Vikingskippet. Deze gelegenheid laten we niet voorbijgaan en we gaan even ter plaatse een kijkje nemen. In the middle of nowhere staat dit imposante gebouw met het dak in de vorm van de bodem van een schip. Even een kijkje binnengenomen. We zijn de enige bezoekers. Het kapitaal aan entreegeld laat ons besluiten om geen kijkje in een lege hal te nemen. Voort gaat het richting het einddoel. We komen bij een meer, wat het grootste meer van het land blijkt te zijn. Kilometerslang zien we het meer dan weer links en dan weer rechts naast ons liggen. De zwaarte van het parcours valt ons tot nu toe mee. Oké, het zijn dan wel bijna 5000 hoogtemeters, maar het is nergens erg steil. Dan komen we voorbij Lillehammer uiteindelijk op het Dovre Fjel, de hoogvlakte die je na 180 km bereikt na Trondheim en het nodige klimwerk. Erg bijzonder dit landschap en koud. Naar schatting zullen we tegen de avond hier zijn en dat betekent je kleding hier op aanpassen. Afdalen dan naar Trondheim naar camping Sandmoen. Tegen 16.00 uur zijn we ter plaatse. Hier blijkt dat we één nacht te kort hebben geboekt, maar daar maken we ons nu nog geen zorgen over. We krijgen naast de camper een 6 persoons – trekkershut (iedereen mag hierbij denken wat hij wil). Een uurtje later zijn Bert en Marcel ter plaatse. Zij zijn vanmorgen vroeg al door ‘Hansje’ Hassing naar Schiphol gebracht. Hun reis was er ook één van wachten. Drie vluchten werden bij elkaar gezet in één vliegtuig. Bert raakt niet uitgepraat over het leuke kind dat hij bij zich in het vliegtuig treft (of was het diens moeder). Het biertje (€ 8,70 p/st)smaakte goed op het vliegveld in Oslo. Daar moesten ze overstappen voor de laatste vlucht met de SAS naar Trondheim. Met de bus daarna naar de camping. De buschauffeur was erg onder de indruk want hij bracht hen gratis naar ons. Het weer is overdag nog steeds goed met ’s avonds een buitje. Morgen gaan we even fietsen. O ja, het is wel erg bijzonder dat het niet donker wordt ’s nachts. De effecten van de ‘middernachtzon’ is merkbaar. Je hebt het idee dat het steeds dag blijft en de verduistering in de camper en de trekkershut is minimaal. Apart dus. We praten nog even over hoe het in de winter moet zijn. Om 15.30 uur al donker tot de volgende ochtend 10 uur. Het schijnt zo te zijn dat in die periode veel mensen de hand aan zichzelf slaan. Dat is ook Noorwegen. De camping overigens wordt bevolkt door veel ‘gastarbeiders’ uit de Baltische staten. Vroeg weg (05.30 uur) en laat terug (18.00 uur). Ook zijn er veel zigeunertypes. De camping op zich ook erg gedateerd. Dat valt mij tegen. Ik had gedacht dat de Noren een proper volkje zouden zijn. Niet dus.
Maandag 19-6-2006; In Noorwegen
Wat moet je je van Noorwegen voorstellen . De idyllische verhalen over fjorden, houten huizen en de niet ondergaande zon doen een romantisch landschap voorstellen. Nu is de reis door Denemarken en Zweden niet al te spannend. Dat zijn we anders gewend als we naar het Zuiden reizen. Noorwegen valt dan ook wel een beetje tegen. Oude huizen, slecht onderhouden tuinen met bijna geen dorpjes aan de E6 doet het in eerste instantie troosteloos overkomen. Noorwegen. Het land dat bijna 9 maal zo groot is als Nederland en maar een kleine 5 miljoen inwoners kent. Dit doet ons in eerste instantie vermoeden dat we weinig verkeer op de E6 zullen tegenkomen. Niets is minder waar. Het lijkt wel of heel Noorwegen van deze weg gebruik maakt. Ruud en ik zijn erg nieuwsgierig wat voor parcours we zullen aantreffen voorbij Oslo in de richting van Trondheim. Vooralsnog zitten we voorbij Oslo op een vierbaans – snelweg. Het kan toch niet zo zijn dat ze ons hier over laten fietsen is mijn idee. Even in de boeken kijken, maar het blijkt inderdaad zo te zijn. Het landschap blijft vrij saai tot we in de buurt van een meer komen. De bergen worden hier hoger en eindelijk raak ook ik enthousiast. We volgen de E6, die inmiddels niet meer vierbaans is, tot het plaatsje Tangen. Hier verlaten we de E6 om op camping Tangenodden ons kampement op te slaan. We staan hier prachtig naast een steiger en een groot meer met uitzicht op de bergen. De camping is qua alles – en dus ook qua sanitair – behoorlijk gedateerd maar daar malen we niet meer om. Nu aan een zeer scherpe maaltijd dat met de nodige drankjes wordt nageblust. Net als we besluiten er een mooie avond aan het water van te gaan maken breekt er een fikse regenbui los. Jammer, mor ’t is nait aans. Inmiddels gaat het met mij persoonlijk niet zo goed. Ik heb behoorlijk last van een vastzittende hoest met een verkoudheid en ik hoest erg veel. Daarbij qua ademhaling erg benauwd bij tijd en wijle. Hoestdrank en wat medicijnen moeten mij er doorheen slepen. Vooralsnog maak ik me geen zorgen in de hoop dat dit snel zal overgaan.
Zondag 18-6-2006; het vertrek
Het is 07.30 uur als we opstaan. Om 09.00 uur zullen we vertrekken en Ruud, Joke en Sienus gaan halen. Gea is druk in de weer de laatste zaken te regelen voor de fouragering. Als het dan zover is keren we de camper, nemen afscheid van het thuisfront en gaan we op pad. Dat ritueel herhaalt zich nog tweemaal en dan zijn we op de snelweg naar het Noorden. Bij Hamburg hebben we een vervelend oponthoud en ‘zijn we onderdeel van de file’. Een dik uur verliezen we hier. Daarna weer vlot op weg naar – in elk geval – Zweden voor de eerste overnachting. Het weer is uitstekend en vooral op de beide overtochten naar Denemarken en later naar Zweden is het bovendeks goed toeven. Zo tegen 19.30 uur bereiken we een grote pauzeplaats bij Erikslund, waar we de camper stallen en Ruud en Joke hun tent opzetten. Een borrel erbij en tegen 22.45 uur onder de wol. Dik 600 km gereden vandaag. Het was mooi zo.
Dinsdag 20-06-2006
De heenreis zit er op. Na weer een hele dag met de camper gereden te hebben is Trondheim bereikt. Bert en Marcel zijn ook gearriveerd. Als het niet zou regenen zou je om 23.45 uur (SMS verstuurd) buiten nog een boek kunnen lezen, klinkt het een beetje somber. Na drie reisdagen met de camper wordt er morgenvroeg weer gefietst. Je bent in Trondheim dus je wilt ook wat zien, ‘s middags staat een bezoek aan de Trondheimfjord op de agenda.
Maandag 19-06-2006
De reis vordert. Een beetje vermoeid is de groep van 5 neergestreken op een camping onder Hamar. Noorwegen is bereikt na een reis van 2x 600 km. Morgen op naar Trondheim waar Marcel Dieterman en Bert Beertema zich bij de groep voegen. Na een dag met droog weer en buiten eten is het nu gaan regenen. “Moet er niet aan denken dat we zaterdag in de regen moeten fietsen”, aldus Ruud in zijn SMS.
Zondag 18-06-2006
De reis naar Noorwegen is voorspoedige begonnen. Bij Hamburg nog wel een uur in de file gestaan maar verder verliep alles vlotjes. Zweden is bereikt en, wat zeer belangrijk is, het wijn en bier smaakten goed volgens Ruud. Met de groeten van Ruud, Joke, Bart, Gea en Sienus. Vanuit Bellingwolde een goede reis gewenst.
Zondag 18-6-2006; waarom?
Luitjes. Vandaag de afreis naar Noorwegen. We plannen om er drie dagen over te doen. Het is zo’n 1700 km reizen en we hebben ervoor gekozen om via Puttgarden, Helsingborg en Helsingor te gaan. Twee keer zo’n drie kwartier op een veerboot vandaag en dan zoeken we na zo’n 650 km een camping. Gisteren brachten de deelnemers hun spullen. Weet jehoeveel ruimte wielen in beslag nemen? We hebben ten eerst 5 stel van de fietsen die meegaan en dan hebben we ook nog 4 stel reserve. Wat verder opviel was dat men nog steeds denkt dat de spirituosa erg duur moet zijn in Noorwegen. De Camper zit aan de ‘hals toe’ vol. Maar die appeltaart van Joke kan er sowieso nog bij in. Dan is nog even de vraag waarom we dit eigenlijk doen. ‘Een mens die leeft zonder doelen na te streven, leeft een leeg – zeg maar doelloos – leven’. Het zal zo zijn. Wie wil ik (willen we) met deze onderneming iets bewijzen? Nou, alleen onszelf lijkt mij. Daarom doen we dus mee. Grenzen verzetten EN vooral voor de napraat….. Met een beetje pech is dit de laatste in de serie in het dagboek. We proberen via internetcafé of gebruik van iemand computer het dagboek up to date te houden. Lukt dat niet dan doen we het via SMS-sen naar Willem, die hier en daar een stukje aanvult. Bij terugkomst heb ik een verslag klaar die jullie verder kunnen lezen. Tot over 10 doagen.
Zaterdag 17-6-2006; laatste voorbereidingen
Gisteren de camper gehaald. Van buiten eerst de gedachte dat het wel niet zo’n ruim apparaat zou zijn. Binnen blijkt dat anders. We kunnen met redelijk gemak alles er in kwijt. Gea gaat haar gang en richt de hele zaak op haar eigen wijze in. Dan komt het wel goed, want de caravan doet ze ook altijd alleen. Ik zou alleen maar in de weg lopen. Vanmorgen met de club nog even een rondje gemaakt (lees alternatieve JJC). Bij thuiskomst met Ruud de camper nog eens bekeken. Hij had in eerste instantie dezelfde gedachte als Sienus en mij. Vanmiddag komen de overige fietsen, wat bagage en nog wat voor de innerlijke mens. Dan sluiten we hem af en gaan we aftellen tot morgenvroeg 09.00 uur als we op reis gaan naar – voor ons – een onbekend maar wel toverachtig mooie omgeving.
Vrijdag 16-6-2006; I have a dream
Martin Luther King had met deze uitspraak iets heel anders voor ogen dan hetgeen ik met u wil delen. Het is afgelopen nacht ongeveer 00.45 uur als ik volledig gedesoriënteerd naast mijn bed sta. “Woar binnen dai dakpannen” laat ik Gea weten. Ook zij ontwaakt uit haar eerste slaap en heeft geen idee waarover ik het heb. “Dai dakpannen! D’r zit ain gat in’t dak. Woar is het licht.” Zij doet het licht aan en ik kom langzamerhand bij mijn positieven. Na een sanitaire stop stap ik weer in bed en mijmer nog wat na. Ieder mens droomt ‘s nachts drie dromen. Tenminste, als hij/zij fysiek en mentaal in evenwicht is. Dat betekent fysiek redelijk uitgerust en gezond; mentaal zonder stress of druk. In deze drie dromen breng je, laat ik het eens digitaal zeggen, je harde schijf op orde door defragmentatie. De ordening zorgt ervoor dat je de volgende dag weer onbelast de wereld in kunt. Veelal gebeurt deze defragmentatie in ons onderbewustzijn zodat je je er de volgende dag niets van kunt herinneren. Mensen die zich hun dromen c.q. nachtmerries wel kunnen herinneren hebben vaak te maken met lichamelijke en geestelijke stress. Tot zover het belerende over dromen. Ik ontwaakte vanmorgen nog steeds met de vraag wat ik nou precies bedoelde. In mijn analyse bleek mij dat ik fysiek niet in de beste staat was. Een opkomende verkoudheid en een zeer slechte nachtrust vanwege een nachtdienst. Dat heb ik altijd. Mentaal ben ik natuurlijk met de grote onderneming bezig. Niet alleen met de tocht op zich, maar ook als regelneef met de facilitaire voorbereiding. Was dat dan de oorzaak? Heb ik überhaupt reden om me druk te maken? Welnee. De voorbereiding is goed verlopen en dus is er helemaal geen reden tot stress. Maar toch gebeurde het dus. Oké. Laten we er verder maar over zwijgen. Vandaag nog even anderhalf uur gefietst. Fris. Vanmiddag de camper halen en vanavond nog even voor een overlegje over de Pannenkoekentocht naar Joop. Een half uurtje er over praten met Joop, dus ik trek er twee uur voor uit. Dan even terug naar die dakpan. Samen met de buren hebben we met de dakpannen iets gedaan. Ik zal u niet vervelen met de details, maar een hoek – dakpan van mij is daarbij gebruikt. Deze ligt nu al dagen bij de achterdeur en elke keer als ik er langs loop denk ik dat ik deze even weer in het berghok moet wegleggen. Ik zal het vandaag dan ook maar doen. Droom ik vannacht mischien over lekkere………
Donderdag 15-6-2006; een tussendag
Het is de tweede dag dat de verkoeling komt. Heerlijk! Ik ben vrij beroerd door mijn nachtdienst gekomen en Ruud heeft al om even na achten mijn voice-mail ingesproken. Als ik om 10.00 uur alweer uit bed ben bel ik hem even. “Waar of ik gisteren was” wilde hij weten.” Tja, je moet nu al overal verantwoording over afleggen. Maar Ruud doet me verslag van de vorige avond, het valpartijtje van Gerd Smid en geeft aan toch nog weer even langs de dealer te moeten. Tegen 11.45 uur komt Piet Snoep zijn fiets brengen. Hij ziet er afgetraind uit en natuurlijk gaat het over de komende tocht. De voorpret is al groot en hij doet een goede uitspraak. “Als mensen me sterkte wensen sla ik dat af. Ze moeten me plezier wensen. Want dat wil ik ook hebben in dat prachtige landschap.” Ja, ja, plezier dus. Na 300 km zal ik hem daar nog eens aan herinneren maar in de basis heeft Piet natuurlijk gewoon gelijk. Dan maar even naar mijn fiets. Blijkt mijn hartslagmeter leeg te staan. Snel even naar Kluiter in Vlagtwedde en voor 5€ draait deze ook weer. Nog een leuk telefoontje uit Assen; we kunnen morgenmiddag de camper al halen om 16 uur. Hebben we iets meer tijd dus en kan ik dan toch nog mee zaterdagmorgen.
Woensdag 14-6-2006; verkoeling
Vanmorgen even gebeld met de camperverhuurder Eurotrek uit Assen. Zaterdagmorgen om 10.00 uur staan we daar voor de deur om het mobiel te halen. Jammer, ik kan dan niet mee met de clubtocht, maar dat is niet anders. Inmiddels de eerste boodschappen gedaan. Niet alleen voor de tocht op zich, maar ook voor de ‘andere tijd’. We hebben in elk geval genoeg versnaperingen aan bord en demannen die we laten ‘invliegen’ kunnen zich ook laven aan het bier. Het wordt een pasta – en pannenkoekenweek. Vandaag persoonlijk een wat mindere dag. Met een nachtdienst op komst maar besloten op tijd even wat te gaan voorslapen. Ik hoorde dat er toch nog weer 27 leden zich verzamelden bij Ab de Groot vanavond. Oké, dat was het voor vandaag.
Dinsdag 13-6-2006; wederom heet, pffffff
Eergisteren wilde ik mijn fiets even op orde brengen. Ik hoorde inmiddels dat alle andere deelnemers hun fiets ook hebben laten controleen en daar, waar nodig, iets hebben laten vervangen. Toen ik mijn linker voorshifter wilde gebruiken werkte dit niet meer. ‘t Ging huil stoer’. Bleek dat mijn buitenkabel volledig gerafeld was. Mooi dacht ik bij mezelf. Beter nu dan volgende week.Dus even de kabel vervangen en alsnog de fiets in orde gebracht. Het is over de 30 graden en ik merk dat het vele trainen zijn tol begint te eisen. Dus vanmiddag maar lekker thuis voor de buis en zappen tussen Korea – Togo en de Tour du Suisse. Rusten dus. Ook belangrijk. Gea heeft ‘s morgens bezoek van Alie Letema. We hebben al eerder over haar en haar man Jan bericht als zijnde echte Noorwegengangers en kenners. De laatste tips werden nog even uitgewisseld en op papier gezet. Leuk datwe een Noors vlaggetje hebben gekregen die zeker een leuk plaatsje krijgt in de camper.
Maandag 12-6-2006; heet!!!!!
Het is warm. Wederom een tropische dag en ik vraag me af of ik vanavond wel een intensieve training moet doen. Het antwoord raadt zich al vanzelf. Nee dus! Bij Ab de Groot in totaal 7 leden, waaronder mede Noorwegenganger Bert. Natuurlijk gaat het gesprek even over de tocht. Wat heb je te verwachten met dit weer b.v. Ik heb even snel een berekening gemaakt dat je met dergelijke weersomstandigheden zo ongeveer tussen de 18.000 en 22.000 kcal verspeelt. Dit betekent dat je b.v. maar in zo’n etmaak ca 4000 kcal kunt opnemen en dat je in mijn geval tussen de 5 en 7 kilo kunt verspelen. Drinken is dan ook zeer belangrijk en je komt dan al snel op zo’n 12 liter vocht. Ik moet er niet aan denken! Gisteren trok ik nog even een buitenkabel van de voorderailleur kapot. Dacht ik toch echt de zaak goed voor elkaar te hebben. Toch maar weer een check – up dus. de hele week bezig nu met de toch? Dat kan je wel zeggen. Om maar wat op te noemen: – woensdag naar Makro voor inkopen – donderdag brengt Piet zijn materiaal – donderdagavond inkopen bij de supermarkt samen met Gea – vrijdag de laatste training. Misschien reis ik nog even naar Tecklenburg – zaterdagmorgen de camper halen – zaterdagmiddag de zaak inladen. Marcel en bert z’n spullen komen dan ook – zondag op weg naar Noorwegen, waar we op dinsdag aankomen.
Aftellen tot Styrkeproven
Nog maar enkele weken en dan staan we ervoor Tja, nog maar een paar weken. De renners lijken er klaar voor. Het is nu zaak om de vorm vast te houden en vooral gevrijwaard te blijven van blessures. Er is al weer heel watgebeurd in de tussentijd. Zo is de camperhuur betaald; is er een hotel in Oslo geboekt en worden de fietsen tip top in orde gebracht. Wat is er dan nog te doen: – overtocht camper boeken – boodschappen doen – camper halen + inrichten etc. We proberen jullie ook vanuit Noorwegen op de hoogte te houden middels de website.
Trondheim – Oslo ‘nieuws’ in de voorfase
Onderstaand het nieuws. Voor de link naar de website van het evenement klik hier
Piet Snoep is fietser nr. 5 (23-04-2006)
Bijna op het laatste moment heeft de projectgroep een vijfde deelnemer er bij. Zijn naam is Piet Snoep. Hij is een fietser in hart en nieren en wilde altijd deze tocht al een keer maken. Tijdens een behandeling van de gewonde hand van Marcel (Piet is huisarts) zijn de eerste contacten ontstaan. Snel even geïnformeerd binnen de groep en Piet hoort erbij. Piet zal evenals Marcel en Bert per vliegtuig de oversteek naar Noorwegen maken. Verder sluit hij volledig bij de doelstellingen van de projectgroep aan.
In gesprek met ervaren deelnemers (08-04-2006)
Vanmiddag zaten we bij Marcel thuis met de crew om nog maar eens de zaak te bespreken. Niet met ons zelf maar wel met twee ervaren renners in Noorwegen. Allereerst Huib Nieborg die de tocht al 8 keer volbracht. Bij hem was maatje Joop Kruize. Hij tekende voor drie succesvolle deelnames. En met de plakboeken erbij verzeilden we in een zeer interessant onderhoud, waarbij de tips in de leergierige oren werden opgenomen wen in de breinen werden opgeslagen. Alle tips worden door onze voorzitter, penningmeester en secretaris ‘opgenoteerd’ en aan de mannen verstuurd. Wat nog rest zijn wat foto’s uit het plakboek van Joop Kruize. Dan nog even over de vorm van de renners. Bijna iedereen heeft al tussen de 2500 en 3000 km getraind. Volgende week volgt de eerste echte proef voor Ruud en Bart, als ze de AGR 250 km-versie gaan rijden. Marcel en Bert kennen een iets andere opbouw. Hun hoogtepunt ligt bij Luik – Bastenaken – Luik met Pinksteren. Dan wordt op 6 mei gezamenlijk een 300+ tocht gereden.
Even vergaderen dan maar (28-02-2006)
Afgelopen zaterdag zaten renners en begeleiders bij elkaar om e.e.a. te bespreken ivm de voortgang van dit project. Inmiddels lijkt het financiële plaatsje rond en zijn ook de plannen voor de conditie – voorbereiding bekend. Iedereen draagt zorg voor een goede basisconditie, waarbij dé test op 7 mei komt te liggen. Vanuit Bellingwolde / Scheemda fietsen we dan in alle vroegte weg naar Schoonebeek, om aldaar een georganiseerde tocht te rijden. Totaal wordt er dan meer dan 300 km weggetrapt die dag. In Oslo lijkt het er nu op dat we ook daar een overnachtingsplek hebben. Camping Ekeberg staat hoog op het verlanglijstje. Een aantal zullen aldaar in de camper overnachten terwijl ook de tent tevoorschijn komt. Na een lange rit (start op zaterdag 24-6 om 08.30 uur; geplande finish op 25-6 zo tegen 06 a 07 uur) zal de adrenaline eerst uit het bloed moeten. Dan volgt een lange, lange slaap naar verwachting. We hebben inmiddels contact met Huib Nieborg uit Sappemeer. Hij reed de tocht maar liefst 9 keer. In april komt hij een keer bij ons op bezoek en gaan we hem het hemd van zijn lijf vragen natuurlijk.
Training begonnen (31-01-2006)
Inmiddels zijn de vier deelnemers met hun voorbereidingen begonnen. Algemeen kan worden gesteld dat de renners ervoor zorg gaan dragen ‘fit’ te zijn. Dit houdt in dat er nu al wordt getraind met afstanden zo van rond de 75 km, hetgeen langzaam zal worden opgevoerd tot 100 a 125 km voor een paar trainingseenheden in de maand februari. Ruud en Bart rijden in april de 250 km uitvoering van de Amstel Goldrace. Binnenkort komt de harde kern bij elkaar om nader het trainingsprogramma inhoud te gaan geven. Daarin zitten o.a. een vierdaagse van de Police Cyclotours ’98 in mei en wordt een rondje IJsselmeer, wellicht vanuit Bellingwolde (420 km) als generale gepland.
Reizen bijna rond (31-01-2006)
Met het meedoen aan deze klassieker dienen er natuurlijk een aantal zaken voor wat betreft de reis geregeld te worden. Bert heeft inmiddels de vliegreis voor Marcel en hem geboekt (en betaald). Zoals eerder is gememoreerd zijn zij beiden korter in Noorwegen dan de rest. Afgelopen weekend zijn daarnaast contacten gelegd met de fa. Eurotrek uit Assen. Tijdens een bezoek aan de Caravana in Zuidlaren bleek dat zij de juiste camper kunnen aanbieden. Het betreft een camper uit de Alkoofserie, lengte 6,5 meter. Deze camper biedt slaapplaatsen aan de overige deelnemers Bart en Ruud en hun driekoppige begeleidingsteam. Voorts biedt de camper een zgn. ‘garage’, waarin met gemak al het materiaal, fouragering en bagage kan worden ondergebracht.
Roelf haakt af(08-12-2005)
Roelf Koning, één van de begeleiders, moet noodgedwongen afhaken. Samen met zijn Johanna is hij in blijde verwachting en heeft daarom in de periode dat Trondheim – Oslo wordt verreden andere prioriteiten. Wij feliciteren hun natuurlijk en wensen beiden veel geluk toe. Het zet ons een beetje in de problemen maar de oplossing is nabij. Hierover berichten we in een later stadium.
In de startlijst (06-12-2005)
We hebben het voor elkaar. Het geld is aangekomen en ook de inschrijvingen zijn gelukt. We staan inmiddels op de officiële site in de startlijst opgenomen. We hebben ingeschreven voor de groep 19-21 uur, hetgeen ook onze starttijd weergeeft. ’s Morgens starten dus om 08.30 uur en dan in de nacht aankomen zo’n 20 uur later. Hier dus opgenomen tussen wat andere nationaliteiten. Solheim, Geir Ove Sportsklubben Rye NOR Trondheim-Oslo 07.00
Lunderbye, Bjarne NOR Lillehammer-Oslo 14.50
Lunderbye, Patrick Nes SK NOR Lillehammer-Oslo 14.10
Bjerkebro, Øyvind Ullevål universitetssykehus NOR Lillehammer-Oslo 14.30 Kruizinga, Bart F.T.C. Toer ’80 NET Trondheim – Oslo 08.30
Beertema, Bert F.T.C. Toer ’80 NET Trondheim – Oslo 08.30
Dieterman, Marcel F.T.C. Toer ’80 NET Trondheim – Oslo 08.30
Hemmen, Ruud F.T.C. Toer ’80 NET Trondheim – Oslo 08.30
Sørensen, Palle Broe Velux DK DEN Trondheim – Oslo 21.00
Sørensen, Dennis Velux DK DEN Trondheim – Oslo 21.00
Rib uit onze lijven (18-11-2005)
Berichten we u al in eerder stadium dat er geen weg terug is? Het kan nu ook niet meer. Gisteren even het inschrijfgeld aan de organisatie doen toekomen. En dan zitten we nog op het meest gunstige tijdstip, want aanmelden in een later stadium gaat alleen maar meer geld kosten. Alles één Europa, maar de kosten in NOK (Noorse Kronen) berekend. Kwamen we uit op een totaal van ruim 4800. Omgerekend in NL euro’s totaal 631 €. Het was even schrikken, maar we willen gewoon meedoen zodat je hier niet voor wegkomt. Ruud vroeg hierop: “Wat kriegen we door aalmoal veur den?” Gewoon, je mag daar 540 km voor fietsen!
Geen weg meer terug(09-11-2005)
Het is misschien een harde tekst hierboven, maar er is echt geen weg meer terug. Vandaag zijn de vier deelnemers ingeschreven. Hun ‘registration’ is nu onomkeerbaar. Onderling wordt er al gesproken over monstertochten. Enkelen willen begin volgend jaar rondom het IJsselmeer, anderen doen op 24 december al mee aan de spinningmarathon in De Meet. Ruud en Bart reden onlangs al 7,5 uur over het strand van Hoek van Holland naar Den Helder. Allemaal met dat ene doel; het volbrengen van de Noorse monstertocht.
Het begint te leven (15-10-2005)
Afgelopen donderdag was er een bijeenkomst van de Trondheim – Oslogangers. Daarbij aanwezig een Noorwegen deskundige Alie Letema. Zij gaat al jaren naar Noorwegen met haar echtgenoot en had behoudens de tips veel documentatiemateriaal bij zich. De opzet voor het geheel is duidelijk: Bert en Marcel vliegen naar Noorwegen; de overigen gaan met een gehuurde camper. De begeleiders zijn ook definitief bekend. Het zijn Sienus Reit en Roel Koning. Sienus heeft jarenlange ervaring in de begeleiding bij dit soort monsterevenementen. Hij was jarenlang de vaste begeleider bij de Groninger politiefietstochten voor een goed doel, die overal vanuit Europa terug naar Groningen fietsten. Roel is bestuurslid van CEG en weet inmiddels ook hoe racefietsen eruit zien. Hij is zelf een verdienstelijke ATB –er en volleyballer en werkt bij regiopolitie Groningen. Sienus heeft nu alle tijd (nou ja, alle?) nu hij in de VUT zit. Er zijn afspraken gemaakt hoe de zaak verder in zijn werk zal gaan. Zo gaan Bart en Marcel de inschrijvingen verzorgen en de overnachtingen boeken en gaat Sienus een camper organiseren. Noviteit is dat waarschijnlijk de vrouwen van Bart, Sienus en Ruud ook de hele tocht meegaan. Trondheim – Oslo zal in 2006 in het weekend van 24 juni worden verreden. De camper zal de tocht ondernemen met twee korte overtochten vanuit Puttgarden (Duitsland) naar Rødby (Denemarken) en daarna vanuit Helsingør (Denemarken) naar Helsingborg (Zweden). De ‘campergangers’ kiezen voor een langere periode afwezigheid ten opzichte van de ‘vliegers.’ Dan maar wat geluiden over de tocht zelf. “Ik moet er nog niet aan denken zo’n lange afstand” of “het begint nu echt te leven”. Dat laatste is zeker het geval. De voorbereidingen zijn nu echt begonnen.
Fam. Letema in Noorwegen (18-08-2005)
Onze dorpsgenoten Jan en Aly Letema, bekend van hun affectie met Noorwegen, raakten tijdens hun vakantietrip in aanraking met Trondheim – Oslo als evenement.
Info deelnemers en ‘project Trondheim – Oslo 2006’ In 2006 te ondernomen door
De fietsers Bert Beertema, Marcel Dieterman, Ruud Hemmen, Bart Kruizinga (allen lid van de F.T.C. Toer ’80 uit Bellingwolde) en Piet Snoep uit Scheemda. Als begeleiders gaan Sienus Reit, Gea Kruizinga en Joke Hemmen mee naar Noorwegen.
INITIATIEF Een aantal jaren terug mijmerden Bart en Ruud Kuiper over een eventuele deelname aan de monstertocht Trondheim – Oslo. Monstertocht, omdat de tocht over een afstand gaat van 540 (!) km en in één keer dient te worden afgelegd. Zoals het zo vaak gaat met dit soort plannen kwam het in de ijskast terecht. Eind 2001 kwam het plan weer op tafel tijdens gesprekken tussen Bart en Jan Clermonts. Na een aantal sessies werden de plannen geconcretiseerd en het heeft ertoe geleid dat het ‘Project Trondheim – Oslo 2006’ is ontstaan. Inmiddels zijn er al wat mutaties geweest. Afvielen o.a. Ruud Kuiper, Evert Kruizinga, Jan Clermonts (fietsers) en Roelf koning (begeleider).
WE STELLEN DE DEELNEMERS AAN U VOOR
BERT BEERTEMA Geboren 3 februari 1971. Wonende te Scheemda. Samenwonend, geen kinderen. Andere hobby’s: gezellige bijeenkomsten (voorzichtig uitgedrukt). Bert is onze bakker in de groep. Zijn fietsstijl is ‘altijd plat op het stuur’ en hij weet daarbij hoge snelheden te behalen.
MARCEL DIETERMAN Geboren 22 april 1970. Wonende te Scheemda. Gehuwd met Heika. Eén zoon: Tom. Marcel is hoofd facilitaire dienst ‘op’ Kardinge. Andere hobby’s: zijn Golf Cabrio en een motorfiets. Hij is enorm explosief en weet menige sprint voor zich te winnen.
RUUD HEMMEN Geboren 1 mei 1950. Wonende te Bellingwolde. Gehuwd met Joke. Drie kinderen: Mattheus, Tomas en Lotte. Andere hobby’s: lezen, culinair. Ruud is onze maatschappelijke werker. Hij is een echte doorzetter en wordt vaak als ‘een taaie’ getypeerd.
BART KRUIZINGA Geboren 7 augustus 1959. Wonende te Bellingwolde. Getrouwd met Gea. Eén dochter: Marieke. Andere hobby’s: radioverslaggeving Radio Westerwolde Sport; participatie in tal van organisaties (wielerevenementen); verzorgen trainingen spinning en interval bij Toer ’80. Bart is Unitchef Stadskanaal bij Regiopolitie Groningen. Hij is een echte regelneef en kan van alles op fietsgebied een redelijke hoeveelheid.
Daarnaast wordt het team begeleid. Er is gekozen voor het huren van een camper waar de begeleider Sienus Reit en echtgenotes van Bart en Ruud (Gea en Joke) hun opwachting maken.
Projectorganisatie Door de vele mutaties is de organisatie binnen het clubje als volgt: Bart Kruizinga – vz, secr, penn.mr, p.r. Marcel Dieterman – verblijf Ruud Hemmen – lid Bert Beertema – lid De projectorganisatie is de voorbereiding op 2006 al begonnen. Vanaf 2003 wordt er maandelijks ‘gespaard’ om in 2006 een behoorlijk budget ter beschikking te hebben. Enkele fietsers gaan per vliegtuig naar Trondheim, anderen met een ‘begeleidingscamper’. Aldaar wordt in trekkershutten overnacht.